Pack Mee Pai, de Witte wenkbrauw stijl
De naam Pack Mee Pai (soms geschreven als Bak Mee Bai) is ontleend aan de
grondlegger van deze stijl, de taoïstische monnik Pack Mee, die opviel
door zijn witte wenkbrauwen. Een legende vertelt dat Pack Mee in de 17e eeuw
samen met drie andere monniken en een non ontsnapte aan een massale slachting
in het Shaolin-klooster. Later, in een klooster in het Emei Shan gebergte in
de provincie Sichuan, verbeterde hij de stijl die hij in het Shaolin-klooster
had geleerd en noemde deze naar zichzelf. Pack Mee gaf zijn stijl slechts aan
één monnik door, die op zijn beurt ook slechts één
leerling had. Door deze wijze van overdracht is Pack Mee Pai altijd een wat
onbekende stijl gebleven.
De Pack Mee Pai zoals die binnen Wújí wordt onderwezen is
afkomstig van
Lie Sai Keung.
Deze grootmeester heeft de stijl geleerd van
Chong Li Tsang,
degene die de stijl in Zuid-China introduceerde. Lie Sai Keung verhuisde
in 1968 van Hongkong naar Suriname, waar hij tot zijn dood in 1974 les gaf.
Kong Mien Ho was zijn oudste leerling in Suriname en kreeg toestemming van
Lie Sai Keung om deze stijl te doceren.
Pack Mee Pai als externe Wushu-stijl heeft een aantal typische kenmerken.
Het belangrijkste is dat ook de ontwikkeling van de interne kracht veel
nadruk krijgt. Deze interne kracht uit zich in de uitvoering van technieken
met een explosieve kracht, die voor de tegenstander het effect heeft van een
elektrische schok. Om deze vaardigheid te ontwikkelen is een geduldige en
toegewijde oefening nodig. In de trainingen krijgen de specifieke
basishouding en basisstappen van Pack Mee Pai dan ook veel aandacht.
Een ander kenmerk van Pack Mee Pai is dat verdediging en aanval meestal
gecombineerd zijn en bijna in één moment samenvallen. Dit
vereist nauwkeurigheid en een hoge reactiesnelheid. Om dit te trainen wordt
in de les veel aandacht besteed aan het lopen van vormen en het samen oefenen
van technieken.
|